NAAM BRON: Visiual think strategies (met kunst het leren op school verdiepen)
TYPE BRON: Boek
AUTEUR: Yenawine, P.
APA:
Yenawine, P. (2021). Visual thinking strategies. SWP.
CONTEXT: VTS, Beeldcoach, valideren, beelden
VERZAMELING VAN MATERIAAL UIT DE BRON:
Yenawine, P. (2021). Visual thinking strategies. SWP.
In het voorwoord roept Yenawine op tot het gebruiken van de verbeelding. Om om je heen te kijken en je af te vragen wat er gebeurt, waar het op lijkt en vanuit die gedachten verbindingen te leggen met wat je herkent. Zowel als volwassene als als kind hoef je niet alles te weten en mag je je dingen afvragen (Yenawine, 2021, pp. 11). à Sluit aan bij Rancière en visiestuk
In de VTS methodiek wordt door deelnemers van ongeveer gelijk niveau naar afbeeldingen gekeken en hen in een begeleidt proces de vragen gesteld: Wat gebeurt er in deze afbeelding? Waaraan zie je dat? En wat kun je nog meer ontdekken? (Yenawine, 2021, pp. 12) à VTS methodiek beknopt uitgelegd
De begeleider tijdens VTS gesprekken, ook wel de facilitator genoemd, is belangrijk voor de ontwikkeling van kijken, denken en taal. Met een neutrale houding zorgt de facilitator voor een veilige sfeer, waarin het niet gaat om goed of fout, maar om het onderbouwen van het waarom (Yenawine, 2021, pp. 12) à ROL BEGELEIDER, RELATIE LEGGEN MET PRAKTIJKLEREN WIE HEEFT WELK ROL
De waaromvraag is van belang om dat wat je nog niet kan doorgronden te bevragen. De VTS methodiek geeft die toestemming om te vragen en op zoek te gaan naar antwoorden (Yenawine, 2021, pp. 16). à Sluit aan bij valideren, nieuwsgierig zijn, visie, verwonderen. Leuk voor voorwoord/inleiding
Een belangrijk aspect van kunst is dat er veel verschillende informatie verbeeld wordt die ook gevoelens op kan roepen. Kunst is iets dan een vakantiefoto, toch zijn op beide veel dagelijkse ervaringen terug te zien. Zo zijn er mensen, plaatsen, dingen, uitdrukkingen, interacties, stemmingen, kleding, het weer, ruimtes, licht en kleuren zichtbaar. Alles wat voor te stellen is, is ook in kunst zichtbaar (Yenawine, 2021, pp. 24-25). à Relatie kunst en foto – aspecten om qua competenties op in te zoomen.
Voorafgaand aan de VTS methodiek is door de medewerkers van het MOMA onderzocht hoe ze kijkvaardigheden konden bijbrengen. Onder deze vaardigheden verstonden zij: observeren, interpreteren wat je ziet, nadenken over je eerste en tweede inzichten en onder andere alternatieve betekenissen overwegen. De medewerkers kwamen tot het inzicht dat ze de kijkvaardigheden niet leerden, maar dat zowel volwassenen als kinderen hier al over beschikken. Deze vaardigheden dienen opnieuw te worden geactiveerd, aangescherpt en gestuurd. Tijdens het opdoen van deze kijkvaardigheden leren de deelnemers tegelijkertijd problemen ontdekken en oplossen. Om dit te kunnen toepassen is een open nieuwsgierige houding, tijd en bemoediging nodig (Yenawinne, 2021, pp. 28) à STUKJE GESCHIEDENIS VTS, REDEN WAAROM, BASISHOUDING
Bij VTS faciliteert een leraar een leerlinggericht ontdekkingsproces waarin zorgvuldig geselecteerde beelden centraal staan. De leraar is niet de gezaghebbende bron, maar speelt een sleutelrol door zorgvuldig met de leerling naar kunstwerken te kijken, te praten over de waarneming, de ideeën te laten staven met bewijzen, te luisteren naar elkaars standpunten en hierover na te denken en de mogelijke interpretaties als mogelijkheden te zien en te bespreken. Dit alles verhoogt het niveau van de betrokkenheid bij de beelden (Yenawine, 2021, pp. 32). à OVER VTS, OVER DE WIJZE VAN BEGELEIDEN, RELATIE MET RANCIERE, RELATIE MET BEELDCOACHING.
Leerlingen die VTS toepaste gingen dat ook doen op andere vakken onderwerpen. Dit kritische denken leverde op dat er bewijs werd verzameld (Yenawine, 2021, pp. 35) à TOESTEMMING OM TOE TE PASSEN IN ANDERE DOMEIENEN OA HIER
‘VTS gebruikt kunst om visuele geletterdheid, nadenken en communicatieve vaardigheden – luisteren naar anderen en zichzelf uitdrukken- te onderwijzen.’ (Yenawine, 2021, pp. 35)
De groei van het zichzelf leren uitdrukken, het nadenken en in de visuele geletterdheid wordt binnen VTS gestimuleerd door het kijken naar kunst van toenemende complexiteit, het beantwoorden van vragen die passen bij de ontwikkelingsfase en het deelnemen aan groepsdiscussies die zorgvuldig worden gefaciliteerd (Yenawine, 2021, pp. 35) à Relatie met photovoice, stappenplan, eindigen met groepsdiscussie
Na afloop van een VTS-sessie worden overeenkomende en afwijkende opmerkingen met elkaar in verband gebracht, zonder erop commentaar te geven. Het gehele proces van een VTS-sessie neem ongeveer vijftien tot twintig minuten in beslag (Yenawine, 2021, pp. 40).
De specifieke vraagstellingen zoals die gesteld worden tijdens VTS en die gebaseerd op onderzoek luiden:
- Wat gebeurt er in deze afbeelding?
- Waaraan zie je dat? Wat zie je waardoor je dat zegt?
- Wat kunnen we nog meer ontdekken?
Deze vragen richten zich niet alleen op wat er wordt afgebeeld maar ook op wat het overbrengt. Het stellen van de vragen stimuleert het gebruik van een neuropatroon en verdiept het proces van betekenis geven (Yenawine, 2021, pp. 41-42). à Valideren in de vraag, vraagstelling, Engelse vragen ernaast leggen
Binnen VTS de vraag stellen ‘valt er nog iets anders te ontdekken’ zorgt ervoor dat de facilitator op zoek is naar een specifiek antwoord, waardoor de leerling dicht zou kunnen klappen (Yenawine, 2021, pp. 43) à WANNEER HET ZICH VOORDOET MEENEMEN IN OVERWEGING ER IETS MEE TE DOEN.
De facilitator dient de vragen uit het hoofd te kennen om het gesprek niet te geforceerd of onnatuurlijk aan te laten voelen (Yenawine, 2021, pp.43). à BEVRAGEN OF DIT MOGELIJK IS BINNEN DE OPZET VAN HET ONDERZOEK MET DE HOEVEELHEID VRAGEN DIE OOK RICHTING COMPETENTIES GAAN
De facilitator parafraseert de opmerkingen en verbindt deze aan elkaar. Hiermee wordt niet alleen herhaald wat er wordt gezegd, maar er wordt ook duidelijk gemaakt dat wat er wordt gezegd ook is begrepen. Door het aanwijzen en beschrijven van een observatie verankeren de woorden in beelden en dat is een krachtige manier om woordenschat te vergroten. Daarnaast wordt hierdoor zichtbaar hoe eerdere observaties en conclusies weer tot andere leiden. Doordat de facilitator een hakkelend antwoord parafraseert en verwoordt voelt de leerling zich niet verbeterd, maar biedt de facilitator de leerling bevestiging in zijn idee. Hiermee komen ze samen tot het besef dat het onderzoeken en bespreken van ideeën een goede manier is om hypothesen te toetsen (Yenawine, 2021, pp. 44-47). à RELATIE MET TAAL LEREN (TAAL VAN ANDER VAK (ALLICHT VERGEZOCHT), RELATIE MET COMPETENTER VOELEN, PARAFRASEREN INBOUWEN IN GESPREKKEN. HOE VOORKOM JE DAT DE IDEEEN ALTIJD KLOPPEND WORDEN ONDERBOUWD? COMPETENTIE
Het bespreken van het beeld gaat niet over goed of fout, maar draait om het denken en verbinden van antwoorden. Hiermee wordt prachtige, onderbouwde ideeën gevormd (Yenawine, 2021, pp. 47) à PROBLEMATIE IN RELATIE TOT COMPETENTIES. HIEROM VRAAGSTURING MEER STUREN.
Na afloop dient de facilitator de leerling(en) te bedanken (Yenawine, 2021, pp. 48) à IVM RELATIE VAN BELANG
VTS is succesvol wanneer er tien lessen per klas in het jaar worden aangeboden van de basisschool. Eén les bestaat uit twee tot drie samenhangende afbeeldingen. Uit onderzoek bleek dat dit voldoende was voor resultaat en dat dit binnen het curriculum van de basisschool (context usa) passend was (Yenawine, 2021, pp. 49) à HOE VERHOUD ZICH DIT TOT HET ONDERZOEK EN DE WENSEN DAARBINNEN. HET IS MEER EEN MIDDEL VOOR HET ONDERZOEK DAN EEN DOEL.
De methodiek van VTS sluit aan bij de wetenschap, waarbij wetenschappers samen een bepaald onderwerp onderzoeken. Door erover te praten, ideeën uit te wisselen, de meningen te staven met bewijs en opties te overwegen ontstaat er kennis of wordt erop voortgeborduurd. Zo werkt het gesprek met leerlingen bij VTS ook. Hiermee zorgt VTS voor een gelijk speelveld, want er zijn geen verkeerde antwoorden, maar de antwoorden dienen wel te worden gevalideerd. Op deze wijze kunnen gedachten en ideeën in een veilige situatie worden geuit en worden gewaardeerd (Yenawinne, 2021, pp. 51-52). à KOPPELING RANCIERE, PRAKTIJKLEREN, KENNIS, COMPETENTIE,
VTS geeft leerlingen het vertrouwen en inzicht dat er met hulp van anderen nieuwe dingen in de omgeving kunnen worden begrepen door de informatie grondig te onderzoeken, te heroverwegen, of waar nodig terzijde te leggen of te herzien (Yenawine, 2021, pp. 54) à VERTROUWEN, COMPETENTIE.
Het toepassen van VTS op andere afbeeldingen is pas toe te passen wanneer de facilitator en de leerlingen gewend zijn aan VTS toe te passen op kunstwerken. Het gevaar is, wanneer het bijvoorbeeld direct op de omslag van een boek wordt toegepast, dat het doen van VTS zonder betekenis wordt. Het vermogen om uitgebreider te observeren en daar betekenis aan te ontlenen is dan niet aanwezig en het gesprek wordt daarvoor te kort. (Yenawine, 2021, pp. 59) à RISICO BENOEMEN VOOR TOEPASSING. WAAROM DAN WEL DOEN, BENOEMEN. HOE BETEKENISLOZE ASPECTEN TE VOORKOMEN. YENAWINE BENADRUKT DE ERVARING OP PAGINA 92. NAVRAGEN BIJ MILLER
Bij de vraag: ‘Wat zie je hier?’ hoef je alleen te observeren, pas daarna (‘Wat kun je nog meer ontdekken?’) gaan leerlingen diepen graven. Bij de vraag: ‘Wat denk je dat hier gebeurt?’ werd er onderscheid tussen aspecten op de afbeelding of in de tekst gemaakt. Dit aldus een gebruiken van VTS (Yenawine, 2021, pp. 63) à RELEVANTIE VOOR DE VRAAG WAT GEBEURT HIER (MET VALIDATIE).
Om VTS passend voor een ander vak toe te passen veranderd Brian, een gebruiker van VTS, slechts een paar woorden. De vraag ‘Wat gebeurt er in de afbeelding?’, wordt vervangen door ‘Wat gebeurt er in de tekst?’ en gevalideerd met ‘Wat heb je gelezen waardoor je dat zegt?’ (Yenawine, 2021, pp. 79). à REDEN OM DE VRAGEN AAN TE PASSEN EN TOE TE PASSEN
Wanneer er tijdens een VTS gesprek een vraag gesteld wordt door een leerling (‘Kan een schaduw ook een reflectie zijn?’) kan de facilitator ook antwoorden met een vraag om de vraag te onderzoeken en valideren (‘Kun je een ontwerp maken om daarachter te komen?’) (Yenawine, 2021, pp. 82). à VOOR MEER VERDIEPING BIJ COMPETENTIES, ROL VOOR INSTITUUTSOPLEIDER?
VTS maakt korte metten met het vooraf bepaalde antwoord en nodigt uit om nieuwe informatie, nieuwe manieren van kijken en nieuwe interpretaties te ontdekken (Yenawine, 2021, pp. 85) à RELEVANTIE
Schrijven over de opgedane ervaring met VTS is een nuttig instrument om dat wat met denkt aan anderen te communiceren. Hierbij wordt gelet op het volgende: als je iets niet kun zeggen, kun je allicht ook niet verwachten dat het geschreven kan worden (Yenawine, 2021, pp. 93, 134).
Bij VTS wordt er onderscheid gemaakt tussen feiten (een glimlach) en een interpretatie (ze is gelukkig), mede door de vraag: ‘Wat zie je waardoor je dat zegt?’ (Yenawine, 2021, pp. 104).
‘Hoewel zelfevaluatie voor sommige mensen vanzelf komt, moeten de meesten van ons leren hoe we op een opbouwende manier zelfkritisch kunnen zijn.’ (Yenawine, 2021, pp. 105).
BELANGRIJK: GA OP ZOEK NAAR HOUSEN OVER ‘ONTLEDEN’ EN Karin DeSantis over ‘CODEREN’.
‘Leraren hebben, naast taal en rekenen, en de voorbereiding op toetsen, weinig tijd voor wat dan ook.’ (Yenawine, 2021, pp. 156) à Amerikaanse context, kan wel de relatie mee worden gelegd. Maar wel verbinden. REDEN VOOR TOEPASSING KORTE INTERVENTIE
De persoonlijkheid van een facilitator kan een plek hebben in de begeleiding bij VTS, het geheel is geen voorgekauwd script (Yenawine, 2021, pp. 157) à REDEN OM SCRIPT TE GEVEN OF OM VANAF TE WIJKEN.
Het woord: ‘beeldgesprekken’ (Yenawine, 2021, pp. 159) à is STERK! WOORD, TITEL, BEELDCOACHING, FOTO
Door in de afbeeldingen, als facilitator, consequent aan te wijzen, te parafraseren, waarover gesproken wordt blijven de deelnemers gefocust en wordt hetgeen waarover gesproken wordt beter onthouden (Yenawine, 2021, pp. 158-159). à REDEN VOOR TOEPASING. BEWUST COMPETENT
Om VTS aan te leren zijn er een aantal stappen die kunnen worden aangeboden. De eerste stap is een demonstratie (live of door middel van video), hierna volgt een analytisch gesprek over de methode. De tweede stap is het oefenen van het faciliteren van de VTS-gesprekken. De derde stap is reflecteren op wat er gebeurt tijdens de gesprekken bij facilitator en de leerlingen (Yenawinne, 2021, pp. 160). à MEENEMEN VOOR DE WIJZE VAN HET AANBIEDEN VAN HET GESPREK, ALLICHT DE OPBOUW HANTEREN IN UITKOMST OF COMMUNICATIE, GEDURENDE HET PROCES UITPROBEREN. HOU REKENING MET DE AFSTAND (IMPACT OP AFSTAND VAN KOLEN HEEFT HIEROP ADVIES)
VTS is een methode die blijft onderzoeken en noemt het bedenken en stellen van de juiste vragen essentieel als onderdeel van goed onderwijs, vooral wanneer het gaat om het leerproces te activeren. Aanmoedigen hiervan en het proberen moet niet worden onderschat (Yenawine, 2021, pp. 164). à RELATIE MET WE MOETEN SPELEN (MARTENS), BIESTA (DOOR KUNST ONDERWEZEN WILLEN WORDEN) (AANMOEDIGEN) POGEN, PROBEREN.
Andere vervolgvragen die worden aangedragen in (Yenawine, 2021, pp. 193) na het stellen van de vaste VTS-vragen zijn: ‘Wat weet je over…?’, ‘Wat zou je nog meer willen weten over…?’, ‘Hoe zouden we erachter kunnen komen of we gelijk hebben?’, ‘Hoe zouden we dat kunnen aanpakken?’, ‘Hoe zouden we het antwoord op die vraag kunnen vinden?’. à REDEN OM OOK ANDERE VRAGEN TE MOGEN STELLEN. RELATEREN AAN BEELDCOACHING, VERVOLGVRAGEN RELATEREN AAN COMPETENTIES
Het denkproces is eventueel als volgt te categoriseren:
- Observaties: beschrijvingen van eenvoudige en gedetailleerde observaties.
- Interpretaties: betekenis die wordt gegeven aan observaties
- Bewijs: de onderbouwing van observaties. Hierin wordt beschreven waaraan iets herkent wordt.
- Speculatie: de overweging van meerdere mogelijkheden. Meestal uitgedrukt in voorwaardelijk taalgebruik met woorden als ‘misschien’ en ‘het zou kunnen’. Er is hierbij duidelijk dat er meer mogelijkheden zijn.
- Voortborduren: er wordt teruggekomen op onderwerpen en iets aan toegevoegd.
- Herziening: iets wordt opnieuw betekenis gegeven (‘eerst dacht ik…,maar nu denk ik’).
(Yenawine, 2021, pp. 194) à MOGELIJKHEID TOT CODERING. INZICHT KRIJGEN IN WAT DE STUDENT ZEGT. DRAMACOMPETENTIES, WAAR IS DAAR HIER PLEK VOOR. KUNNEN DE ASPECTEN ZICH EROP RICHTEN?